Wat is het?
Een tenniselleboog is een ontsteking van de pezen die de pols doen strekken. Het ontstaat door overbelasting bij hefbewegingen (met de handpalm naar beneden of bij het wringen), waardoor je pijn ervaart aan de buitenzijde van de elleboog waar de ontstoken pees vastzit op het bot. In latere fase (de chronische fase) ontstaan er zelfs microscopische scheurtjes in de pees met kleine verkalkingen. De term tenniselleboog komt van een overbelasting bij tennissers. De aandoening wordt ook door andere repetitieve bewegingen uitgelokt, waardoor ook heel wat mensen die niet tennissen een tenniselleboog kunnen ontwikkelen.
Hoe herken ik het?
De pijn bij een tenniselleboog is eigenlijk vrij typisch en ontstaat vooral tijdens bepaalde bewegingen en bij het drukken op de zijkant van de elleboog. Als je ineenkrimpt bij het drukken op de zijkant van de elleboog net boven de daar aanwezige knobbel, dan heb je daar vermoedelijk een overbelasting of ontsteking. De bewegingen waarbij de aangetaste spieren en pezen worden gebruikt zijn dan ook moeilijk en pijnlijk. Denk aan de sleutel omdraaien, een schoteldoek uitwringen, een stevige handdruk geven…
De behandeling(en)
Niet-operatieve behandeling
Je arts zal je adviseren om je activiteiten aan te passen en rust te nemen. Een lokale ijsapplicatie 2 tot 3 keer per dag kan helpen om de ontsteking te verminderen. Daarnaast kan ook lokale fysiotherapie en stretching worden aanbevolen om de ontsteking te verminderen en herval te voorkomen. Afhankelijk van de ernst van het letsel, kan je arts beslissen je elleboog tijdelijk te immobiliseren met gips en/of infiltraties met een corticoïdepreparaat in te spuiten.
Al deze niet operatieve maatregelen dienen om de ontsteking te genezen en om geen recidief te krijgen.Meestal geneest een tenniselleboog met deze niet operatieve maatregelen.
Indien deze maatregelen falen kan besloten worden om uw elleboog te laten opereren.
De operatieve behandeling
Wanneer de tenniselleboog toch niet geneest, is het aangewezen om de elleboog te opereren.
Het doel van de operatie is de ontsteking weg te nemen en de kans op recidief zo klein mogelijk te maken. Via een kleine incisie aan de buitenzijde van de elleboog wordt de pees losgemaakt van zijn aanhechting op het bot om een verlenging van 4 à 5 mm toe te staan. Het ontstoken en zieke peesweefsel wordt weggenomen.
De ingreep wordt verricht onder een algemene verdoving of, indien het letsel beperkt is, een locoregionale verdoving. In beide gevallen is het noodzakelijk dat je vanaf middernacht nuchter blijft. Ook het drinken van water is niet toegestaan.
Revalidatie
In sommige gevallen is het nodig kinesitherapie te volgen.
Nabehandeling
Je wordt ontslagen met een bovenarmgips. Het is verstandig dat je de arm in een draagdoek houdt en hem zo weinig mogelijk laat afhangen. Leg je arm wat hoger als je zit of ligt.
Beweeg je schouder en vrije vingers zoveel mogelijk. Dat zal eerst wat moeizaam gaan, maar na enkele dagen lukt dat al veel beter.
Na 10 tot 12 dagen worden de hechtingen verwijderd en wordt mogelijk een nieuw gipsverband aangelegd. Nadat het gips verwijderd is mag je de arm bewegen.
Het kan tot 6 weken duren voor je de elleboog opnieuw volledig kunt strekken. De pijn verdwijnt volledig na 2 tot 3 maanden.
Bij pijn mag je een ontstekingswerend en/of pijnstillend medicament nemen.
Wat je ook nog moet weten
Mochten je vingers de dag van de operatie of de dag erna blauw en koud worden of krijg je veel meer pijn, neem dan zo snel mogelijk contact op met de dienst Spoedgevallen.
Selecteer je arts
Artsen
Specialisaties
Blessures
Onderzoeken
Contacteer ons
Gewrichtskliniek
Jos Ratinckxstraat 1 / 53
2600 Berchem
Tel: 03/237 35 74
Mail: info@gewrichtskliniek.be